In 2023 ontwikkelde Gerd-Jan Frijters De Integrale Duurzaamheidsladder (DLI). Inmiddels heeft hij meerdere ‘ladders’ uitgewerkt. In dit blog geeft hij praktische voorbeelden.
DLE, DLC en DLZ
Twee jaar geleden schreef ik een blog over De Integrale Duurzaamheidsladder (DLI). Na die tijd werkten mijn collega’s van Green Events en ik drie Duurzaamheidsladders uit:
- DLE voor evenementen, met onder andere Ministerie I&W en een aantal Nederlandse gemeenten.
- DLC voor de cultuursector, in opdracht van Ministerie OCW, samen met de cultuursector
- DLZ voor zakelijke evenementen, samen met IDEA en Europese funding vanuit het BEFuture programma
Duurzaamheidsladder Evenementen (DLE) zag als eerste het levenslicht en werd inmiddels ruim duizend keer (kosteloos) gedownload door gemeenten en evenementen. Daarna zijn we aan de slag gegaan met DLC en DLZ. Ook deze duurzaamheidsladders worden positief gewaardeerd, want, zo blijkt uit een evaluatieronde: praktisch, overzichtelijk, motiverend als groeimodel, ESG integraal en met handelingsperspectief op alle dertien ESG-thema’s.
Achtergrond
Het valt niet mee voor een organisatie om te kiezen uit alle beschikbare modellen en normen rond (ecologische en sociale) verduurzaming. Duurzaamheid is best een lappendeken van losse initiatieven, stappenplannen en keurmerken. Precies om die versnippering tegen te gaan bedacht ik de Integrale Duurzaamheidsladder (DLI), een praktisch, ESG breed, raamwerk dat organisaties helpt om stap voor stap duurzamer te worden. DLE, DLC en DLZ zijn hierop gebaseerd. Onlangs ontwikkelde ik een variant die generiek is voor toepassing in alle sectoren (DLI). De vier varianten zijn gratis te downloaden via de website Greenhousemonkeys.
ESG als kapstok
De aanleiding voor de duurzaamheidsladders is helder: er is een woud aan ESG-kaders, certificeringen, keurmerken en wettelijke verplichtingen, maar de kunst is om die integraal te kunnen toepassen. Dat is toch de succesformule om organisaties meer toekomstbestendig te maken. De Integrale Duurzaamheidsladder bundelt ecologische, sociale en governance thema’s in één overzichtelijk model. Een duurzaamheidsladder is geen keurmerk, maar een groeipad. Elke organisatie – van muziekfestival tot ziekenhuis, van mkb’er tot multinational – kan ermee aan de slag.
De duurzaamheidsladders omvatten de volgende dertien thema’s:
- Ecologisch (E): energie, materialen & afval, reizen & transport, natuur & biodiversiteit, water, eten & drinken.
- Sociaal (S): veiligheid & gezondheid, diversiteit & inclusie, mensenrechten (DLE, DLC en DLZ hebben ‘toegankelijkheid’ als thema in plaats van mensenrechten).
- Governance (G): mindset & organisatiecultuur, strategie & organisatie, meten & rapporteren, communicatie & handafdruk.
Groeipad via treden
Iedere duurzaamheidsladder doorloopt vijf treden. Trede 1 bevat de wettelijke basis en sectorafspraken. Op Trede 2 begin je met het verzamelen van data. Vanaf Trede 3 maak je ook een CO₂e-emissie berekening. Op Trede 4 wordt de samenwerking met interne en externe belanghebbenden structureler. Een organisatie kan doorgroeien naar Trede 5, de hoogste trede op dit moment, waarin leiderschap, innovatie en inspirerend voorbeeldgedrag centraal staan. Op Trede 5 is een organisatie klimaatneutraal, circulair en inclusief. De Treden zijn cumulatief: pas als alle criteria van een trede gehaald zijn, klim je verder omhoog.
Het integrale karakter
Wat de duurzaamheidsladders (DLE, DLC, DLZ en DLI) uniek maakt, is de integrale aanpak. Voor de ontwikkeling van de duurzaamheidsladders hebben we meer dan 75 bronnen bestudeerd en verwerkt, van internationale concepten als GRI, GHG protocol en relevante ISO-normen, Europese concepten als CSRD en VSME of nationale standaarden als de CO₂- en mvo-prestatieladders. Voor de sectorspecifieke ladders verwerkten we ook de bestaande sectorinitiatieven en -afspraken.
Opbouw
Alle dertien thema’s zijn per trede opgebouwd rond drie vaste elementen:
- Criteria: de harde eisen die je moet halen om een Trede te kunnen halen.
- Meten: wat je kunt of moet vastleggen, van CO₂e-emissies tot medewerkerstevredenheid.
- Voorbeeldmaatregelen: inspirerende acties uit de praktijk, die als houvast dienen.
Deze combinatie maakt de duurzaamheidsladders concreet en uitvoerbaar. De integratie van alle ESG-thema’s maakt het krachtig: een organisatie kan niet meer volstaan met zonnepanelen op het dak, maar moet ook laten zien hoe ze omgaat met sociale veiligheid, inclusie en transparantie in governance.
Praktische voorbeelden uit de ladders (DLE, DLC, DLZ en DLI)
Ecologische thema’s
- Energie
Op Trede 1 moet een organisatie simpelweg voldoen aan de energiewetgeving, bijvoorbeeld energielabels voor gebouwen, of, voor grotere organisaties, een EED of EML rapportage. Maar al snel wordt de lat hoger gelegd: denk aan het verlagen van energieverbruik. Op Trede 5 is dat twintig procent minder vergeleken met je basisjaar. De transitie van fossiele naar hernieuwbare energie bouwt op via de treden. Voorbeeld maatregelen zijn bijvoorbeeld: delen van warmte, isoleren, opslag van energie, afschakelschema’s, een digitale opruimdag of een Ecosia zoekmachine in plaats van Google. - Materialen en Afval
Het winnen en verwerken van grondstoffen tot producten zorgt wereldwijd voor ongeveer de helft van alle CO₂2 uitstoot. Daarnaast worden grondstoffen steeds schaarser. Trede 1 begint met wetgeving zoals de SUP, PPWR, CMP of UPV. Vanaf Trede 2 kijk je ook naar materialen voor je gebouwen en je producten. Vanaf Trede 3 gelden doelstellingen voor circulaire inkoop, afvalscheiding voor hergebruik en recycling. Voorbeeldmaatregelen zijn bijvoorbeeld circulaire bouw, verpakkingsalternatieven, deelplatforms, circulair inkoopbeleid, material flow analyse, life cycle assessment of circulaire bedrijfskleding of kantoormeubilair, reparatie en hergebruik. - Reizen en Transport
Reizen en transport hebben vaak een groot aandeel in de CO₂e-uitstoot van een organisatie. Trede 1 begint met wettelijke eisen zoals de Zero Emissie Zones of WPM rapportage. Op Trede 2 ga je aan de slag met fossielvrij reizen van je eigen medewerkers. Op hogere treden doe je hetzelfde voor zakenreizen, inhuur personeel, vervoer naar klanten en vervoer van leveranciers. Voorbeeldmaatregelen zijn bijvoorbeeld niet-vliegen onder 750 km beleid, OV-kaart voor medewerkers, laadpalen (ook voor vrachtwagens), deelplatforms voor fossielvrij materieel of inkoopbeleid voor leveranciers. - Natuur en Biodiversiteit
De kwaliteit van natuur en biodiversiteit neemt in de hele wereld in een rap tempo af. Belangrijk dus dat organisaties hun negatieve impact omlaag brengen. In Trede 1 vind je wettelijke regels zoals de omgevingsvergunning of milieuregels om vervuiling van water, grond of lucht te voorkomen. Op Trede 2 komt daar ook vervuiling door licht en geluid bij. Vanaf Trede 3 ga je samenwerken met andere partijen in je waardeketen. Voorbeeldmaatregelen zijn bijvoorbeeld ontbossing in inkoopcontracten, dierenleed voorkomen, tegenwippen, ecologische schoonmaakmiddelen, nestkastjes, bijenhotels, groendak of insectvriendelijke beplanting. - Water
In grote delen van de wereld (ook in Nederland) begint de beschikbaarheid van schoon drinkwater een uitdaging te worden. Thema’s zijn afvalwater en waterbeheer bij droogte of extreme regenval. Vanaf Trede 3 zijn doelstellingen verplicht op vermindering van het watergebruik en op hergebruik van water. Voorbeeldmaatregelen zijn bijvoorbeeld een waterbespaarplan, zelfsluitende en waterbesparende kranen en douches, regenwater opvang, wadi’s of waterbesparende toiletten. - Eten en drinken
De grootste reductie van negatieve impact door de voedselketen zit in de overstap van dierlijke naar plantaardige voeding. Wettelijke eisen op Trede 1 zijn bijvoorbeeld HACCP of de alcoholwet. Vanaf Trede 2 is er aandacht voor dierenwelzijn via Beter Leven certificering. Op Trede 3 is er een doelstelling op aandeel plantaardige en biologisch geteelde voeding en aandeel lokaal geproduceerde ingrediënten. En er zijn er criteria voor het terugdringen van voedselverspilling en Fairtrade producten. Voorbeeldmaatregelen zijn bijvoorbeeld certificeringen voor vlees en vis, korte ketens, tapwater in plaats van flesjeswater of het werken met geredde ingrediënten.
Sociale thema’s
- Veiligheid en gezondheid
Dit thema gaat over brandveiligheid, Arbo-wetgeving maar ook over informatieveiligheid en publieke veiligheid. Trede 1 geeft de wettelijk verplichte criteria zoals een RI&E, preventiemedewerker(s) of bhv-organisatie. Vanaf Trede 2 ga je incidenten registreren en gebruiken voor verbeteringen. Op Trede 3 maak je risico-analyses voor cybersecurity en klimaatadaptatie. Vanaf trede 4 draait het om een echte veiligheidscultuur: medewerkers die elkaar aanspreken en leidinggevenden die een voorbeeld zijn rond ESG. Voorbeeldmaatregelen zijn bijvoorbeeld de functionaris gegevensbescherming, safety culture ladder, VCA-checklist, V&G-inspecties en -trainingen of de LMRA. - Diversiteit en inclusie
Dit thema gaat over gelijke kansen en een eerlijke werkomgeving. Op Trede 1 vinden we de verplichte toegankelijkheid voor rolstoelgebruikers, sociale veiligheid en privacy, een klachtenprocedure en de WCAG regels voor toegankelijkheid van online informatie. Op hogere treden wordt dit thema steeds beter ingebed in de organisatiestructuur en -cultuur. Vanaf Trede 3 wordt een doelstelling opgelegd voor het actief inzetten van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt (SROI). Voorbeeldmaatregelen zijn bijvoorbeeld online DGI scans, protocol grensoverschrijdend gedrag, gedragscode of inclusieve communicatie en vacatures. - Mensenrechten
Het naleven van mensenrechten is vaak een probleem, als je dieper in sommige toeleveringsketens kijkt. Denk aan de kledingindustrie, mijnbouw, cacao- of koffieboeren. Op Trede 1 gaat het om naleving van de wet, zoals het voorkomen van discriminatie. Op Trede 2 wordt mensenrechtenbeleid opgesteld en op Trede 3 wordt dit verder uitgevoerd in opleidingen, klachtenmechanismen en rapportage. Trede 4 vraagt actief ketenonderzoek en worden leveranciersaudits gedaan. Voorbeeldmaatregelen zijn bijvoorbeeld een vertrouwenspersoon, beleid voor gelijke beloning of een campagne in de waardeketen.
Governance thema’s
- Mindset en organisatiecultuur
Een sterke, op ESG gerichte organisatiecultuur is de motor achter alle andere thema’s. Ethisch zakendoen is de basis in Trede 1. Vanaf Trede 2 ga je sectorspecifieke governance codes toepassen en op Trede 3 werk je echt aan de mindset rond ESG-thema’s. Op Trede 4 betrek je de hele waardeketen bij jouw ESG-beleid. Voorbeeldmaatregelen zijn bijvoorbeeld het ontwikkelen van leiderschapsstijlen, het betrekken van medewerkers, personeelsvertegenwoordiging of een klokkenluidersregeling. - Strategie en organisatie
Dit thema beschrijft de organisatorische inbedding van ESG, van visie en missie (of purpose), strategie, beleid tot continu verbeteren. T1 begint met een ESG contactpersoon, in Trede 2 wordt ESG besproken met medewerkers en leveranciers. Op Trede 3 is er een duurzame strategie en zijn taken en verantwoordelijkheden rond ESG helder in de organisatie belegd. Hierbij hoort een duurzaam inkoopbeleid en opleidingsprogramma’s. Voorbeeldmaatregelen zijn bijvoorbeeld duurzame thema’s in het onderhoudsplan, incentives voor leveranciers, certificeringen of monitoring. - Meten en rapporteren
Organisaties krijgen steeds vaker de vraag (of de verplichting) om transparant te zijn rond ESG doelstellingen en prestaties. Dit thema beschrijft wat je moet meten (welke indicatoren) en hoe je dat doet zonder dat het greenwashing is of lijkt. In dit hoofdstuk wordt ook alle CO₂e uitstoot uit de ecologische thema’s bij elkaar opgeteld en ga je de niet vermijdbare uitstoot compenseren. Voorbeeldmaatregelen zijn bijvoorbeeld een ESG-dashboard, een duurzaamheidsrapportage of een externe certificering. - Communicatie en handafdruk
Dit thema draait het om de positieve impact die je als organisatie kunt hebben en hoe je daarover communiceert. Niet alleen je CO₂e voetafdruk reduceren, maar ook anderen inspireren en betrekken. Voorbeeldmaatregelen zijn bijvoorbeeld bewustwordingscampagnes rond afvalscheiding, publiekscampagne voor gezonde voeding, inclusief taalgebruik in je communicatie, klantonderzoek rond ESG thema’s of storytelling.
Van compliance naar inspiratie
De kracht van de duurzaamheidsladders is dat deze organisaties helpt groeien van compliance (Trede 1) naar inspiratie (Trede 5). De 5 treden kunnen leiden tot een cultuurverandering: van “moeten” naar “willen bijdragen”.
Duurzaamheid is niet alleen een verplichting, maar een kans. Organisaties die investeren in duurzame mobiliteit, gezonde voeding of inclusieve teams, plukken daar de vruchten van in de vorm van minder ziekteverzuim, lagere energiekosten, aantrekkelijk werkgeverschap, goedkopere financiering en loyale klanten.
Waarde toevoegen
De Integrale Duurzaamheidsladder is geen keurslijf, maar een leerweg. De ladder helpt organisaties om kleine, haalbare stappen te zetten en tegelijkertijd de grote stip op de horizon niet uit het oog te verliezen: een fossielvrije, circulaire en inclusieve samenleving.
Of je nu een school, een multinational of een sportvereniging bent: met de ladder kun je je voetafdruk (negatieve impact) verkleinen én je handafdruk (positieve impact) vergroten. Want uiteindelijk gaat duurzaamheid niet alleen om minder schade veroorzaken, maar het toevoegen van ecologische en sociale waarde.
Over de auteur

Gerd-Jan Frijters is sustainability (duurzaamheids)expert en lid van het managementteam van Green Events. Daarnaast is hij eigenaar van FB Investeringen, dat investeert in lokale ondernemers, crowdfunding, projecten in ontwikkelingslanden en projecten om duurzaamheid en circulaire economie te bevorderen. Gerd-Jan is auteur van het Arbo-informatieblad AI-84 Duurzaam ondernemen (MVO, CSRD, ESG). Deze online uitgave is gepubliceerd op de kennisbank Sdu HSE.

Geef een reactie
Je moet ingelogd zijn op om een reactie te plaatsen.